Huurreglement OCMW De Haan

1. Inschrijving

1.1. Inschrijvingsvoorwaarden

Met behoud van de toepassing van het tweede lid kan een natuurlijke persoon zich laten inschrijven in het register, als hij aan de volgende voorwaarden voldoet:

  1. Hij is een meerderjarige persoon, een minderjarige ontvoogde persoon of een minderjarige persoon die zelfstandig woont of gaat wonen met begeleiding door een erkende dienst.

  2. Hij en, in voorkomend geval, zijn gezinsleden zijn ingeschreven in het bevolkings- of vreemdelingenregister of hij en, in voorkomend geval, zijn gezinsleden zijn ingeschreven op een referentieadres.

  3. Hij voldoet, samen met zijn gezinsleden, aan de inkomensvoorwaarden zoals opgenomen in bijlage 1. Als het inkomen van het referentiejaar de inkomensgrens overschrijdt; maar in het jaar van de aanvraag daaronder gedaald is kan de persoon ingeschreven worden.

    Er wordt een uitzondering gemaakt voor personen:
    •   die ingeschreven zijn in een collectieve schuldenregeling
    •   in budgetbegeleiding of budgetbeheer zijn bij een OCMW of een ander door de Vlaamse Regering erkende schuldbemiddelaar
    Voor deze personen wordt het actueel besteedbaar inkomen in aanmerking genomen.

    De inkomensgrenzen worden minimaal om de vier jaar door de minister geëvalueerd. Daarbij wordt nagegaan of de evolutie van de grenzen de evolutie van de lonen uit arbeid benadert. Het resultaat wordt voorgelegd aan de Vlaamse Regering.

  4. Hij en zijn partner hebben GEEN woning of bouwgrond in binnen- of buitenland volledig of gedeeltelijk:
    •   in volle eigendom
    •   in vruchtgebruik
    •   in erfpacht of opstal
    •   zelf in vruchtgebruik gegeven
    •   zelf of door een derde in erfpacht of opstal gegeven

    Deze voorwaarden gelden niet als:
    •   het gaat om kosteloze verwerving van een gedeeltelijke volle eigendom of een gedeeltelijk recht van erfpacht, opstal of vruchtgebruik of een kosteloze verwerving bezwaard met gedeeltelijk recht van erfpacht of opstal
    •   de woning in het Vlaamse Gewest die onaangepast is en die bewoond wordt door een persoon met een fysieke handicap die zich kandidaat wil stellen
    •   de woning die bewoond wordt door een persoon die ingeschreven is voor een ADL-woning
    •   de woning die in een ruimtelijke beschermingszone in België ligt waar wonen niet toegelaten is
    •   de woning die moet worden ontruimd met toepassing van artikel 3.30, §2, tweede lid, artikel 4.3, 5.25, 5.35, 5.41, 5.46 en 5.88, tweede lid, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021
    •   de woning die bewoond wordt door de persoon die zich wil inschrijven die het beheer over zijn woning heeft verloren ten gevolge van een faillietverklaring met toepassing van artikel 16 van de Faillissementswet van 8 augustus 1997
    •   hij het beheer van de woning verliest ten gevolge van een collectieve schuldenregeling
    •   de woning samen met elke (ex-)partner in volledige volle eigendom, volledig vruchtgebruik, volledig recht van erfpacht of volledig recht van opstal is. De voorwaarde is dat de (ex-)partner de sociale woning niet mee gaat bewonen.

  5. Hij/zij en, in voorkomend geval, zijn/haar partner die niet voldoen aan de taalkennisvereiste bij inschrijving of toewijzing moeten na één jaar sociaal huren wel voldoen.
    Hij/zij en, in voorkomend geval, zijn/haar partner voldoen aan de taalvereiste. Indien van toepassing dient de kandidaathuurder het voldoen aan de taalvereiste te staven middels een attest van het Agentschap Integratie en Inburgering, waaruit blijkt dat betrokkene voldoet aan taalkennisniveau A2.
    Indien de kandidaat en zijn/haar partner het attest niet kunnen voorleggen, dienen zij het te behalen binnen 2 jaar na toewijzing.

  6. Hij/zij en, in voorkomend geval, zijn/haar partner, die niet beroepsactief zijn, dienen zich in te schrijven bij de VDAB.
    Deze inschrijving geldt niet indien betrokkene(n):
    •   reeds actief zijn op de arbeidsmarkt
    •   ouder zijn dan 64 jaar
    •   arbeidsongeschikt verklaard werden
    •   een leefloon ontvangen en middels een attest afgeleverd door het OCMW kunnen aantonen dat hij/zij niet in staat is te werken

De kandidaat-huurder kan het type van de wooneenheid aangeven waarvoor hij zich wil inschrijven.

1.2. Inschrijvingsregister

Elke kandidaat-huurder wordt op datum dat het aanvraagdossier volledig in orde is (datum waarop aanvraag volledig werd bezorgd aan de sociale dienst van OCMW De Haan) ingeschreven in het inschrijvingsregister met vermelding van de eventuele voorrangsregels.

Het inschrijvingsregister wordt elk oneven jaar geactualiseerd waarbij nagegaan wordt of de kandidaat-huurder nog voldoet aan de inkomensvoorwaarden.

Na inschrijving krijgt elke kandidaat-huurder een inschrijvingsbewijs waarin het volgende wordt vermeld:

  • de inschrijvingsdatum
  • het inschrijvingsnummer
  • de voorkeuren met betrekking tot type van wooneenheid
  • de dagen en uren waarop de schriftelijke of digitale versie van het register, zonder persoonsgebonden gegevens ter inzage liggen
  • in voorkomend geval het verzoek van de kandidaat-huurder om zijn kandidatuur te laten bezorgen door de verhuurder aan de andere verhuurders die in de gemeente en de aangrenzende gemeenten actief zijn
  • het verhaalrecht, vermeld in artikel 30 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot reglementering van het sociale huurstelsel en de melding van het klachtrecht dat de kandidaat-huurder heeft op basis van het decreet van 1 juni 2001 houdende toekenning van het klachtrecht ten aanzien van bestuursinstellingen
  • de gevallen waarin de verhuurder tot schrapping uit het inschrijvingsregister overgaat
  • de melding dat de kandidaat-huurder door zijn inschrijving de toestemming geeft aan OCMW De Haan om bij de bevoegde overheden en instellingen en bij de lokale besturen de noodzakelijke verklaringen, attesten of gegevens betreffende de voorwaarden en de verplichtingen van dit besluit te verkrijgen
  • de melding dat de kandidaat-huurders (dus alle meerderjarige personen die de sociale huurwoning gaan betrekken) de sociale wooneenheid pas kunnen betrekken als ze op het ogenblik van toewijzing van de sociale huurwoning of toetreding tot de lopende huurovereenkomst voldoen aan de toelatingsvoorwaarden
  • de contactgegevens van het agentschap Wonen-Vlaanderen – afdeling Toezicht
  • de melding op welke wijze openbaarheid wordt gegeven aan het intern huurreglement

Als de kandidaat-huurders die onder hetzelfde inschrijvingsnummer zijn ingeschreven, na de inschrijving beslissen zich niet langer samen kandidaat te stellen, wordt de volgende procedure gevolgd:

  • als slechts 1 van de kandidaat-huurders de inschrijving wil behouden, blijft het oorspronkelijke inschrijvingsnummer behouden
  • als verschillende kandidaat-huurders de inschrijving willen behouden, behoudt de persoon die zich opgegeven heeft als toekomstige referentiehuurder, het oorspronkelijke inschrijvingsnummer. Zijn wettelijke of feitelijke partner krijgt een inschrijvingsnummer dat gevormd is door de datum waarop zijn wettelijke of feitelijke partner is ingeschreven in het inschrijvingsregister en het volgnummer dat aansluit bij het volgnummer van de laatste inschrijving van de dag waarop zijn wettelijke of feitelijke partner is ingeschreven. De andere kandidaat-huurders worden opnieuw ingeschreven met een nieuw inschrijvingsnummer.

1.3. Schrapping uit het inschrijvingsregister

Tot schrapping van een kandidatuur uit het inschrijvingsregister wordt overgegaan in de volgende gevallen:

  • als de kandidaat-huurder een woning die hem aangeboden wordt, heeft aanvaard

  • als bij de actualisering blijkt dat de kandidaat-huurder niet meer voldoet aan de inkomensvoorwaarden

  • als bij de controle van de toelatingsvoorwaarden bij een aanbod van een woning blijkt dat de kandidaat huurder niet voldoet aan de toelatingsvoorwaarden voor zover de aanvaarding van het aanbod aanleiding zou hebben gegeven tot de toewijzing van de woning

  • als blijkt dat de kandidaat-huurder onjuiste of onvolledige verklaringen of gegevens te kwader trouw heeft afgelegd of gegeven

  • als de kandidaat-huurder daar schriftelijk om verzoekt

  • bij de tweede weigering of bij het tweemaal niet reageren door de kandidaat-huurder als hem een woning wordt aangeboden die aan zijn keuze qua ligging, type en maximale huurprijs beantwoordt, op voorwaarde dat de kandidaat-huurder telkens een termijn van minimaal vijftien kalenderdagen, vanaf de postdatum van de brief waarmee het aanbod werd gedaan, kreeg om te reageren.
    De tweede niet-gegronde weigering geldt ook maar indien er minimaal 3 maanden verstreken zijn ten opzichte van de eerste niet-gegronde weigering.
    De verhuurder kan omwille van zwaarwichtige redenen afzien van deze schrappingsgrond.
    De toezichthouder oefent het toezicht uit op die afwijking.
    De verhuurder moet bij het aanbod van de volgende woning de kandidaat-huurder uitdrukkelijk op de hoogte brengen dat, bij een weigering of het niet reageren op het aanbod, zijn kandidatuur geschrapt zal worden.
    Als de kandidaat-huurder voor de weigering van een aanbod gegronde redenen kan aanvoeren, die geen afbreuk doen aan zijn woonbehoeftigheid, kan hij de verhuurder verzoeken om die weigering niet in rekening te brengen voor de schrappingsgrond.

  • de verhuurder beslist om over te gaan tot schrapping van een kandidatuur uit het inschrijvingsregister bij het onbestelbaar terugkeren van een brief bij actualisering van het register of bij het aanbod van een woning op voorwaarde dat hij de brief bij actualisering van het register of bij het aanbod van een woning, verzendt naar het laatst bekende adres dat in het Rijksregister wordt vermeld, tenzij de kandidaat-huurder uitdrukkelijk heeft gevraagd om de briefwisseling naar een ander adres te verzenden.
    De kandidaat-huurder wordt door de verhuurder schriftelijk op de hoogte gebracht van de schrapping, behalve als die schrapping gebeurt bij het onbesteld terugkeren van een brief.

2. Toelatingsvoorwaarden

  1. De kandidaat-huurder is ingeschreven op de inschrijvingslijst.

  2. Een kandidaat-huurder kan worden toegelaten tot een sociale huurwoning als hij voldoet aan de toelatingsvoorwaarden, die dezelfde zijn als de inschrijvingsvoorwaarden.

In de volgende gevallen wordt de echtgenoot van de kandidaat-huurder niet mee in aanmerking genomen voor het de aftoetsen van de toelatingsvoorwaarden:

  • als er een vordering tot echtscheiding is ingesteld
  • als er gegronde redenen worden aangevoerd voor het niet instellen van een vordering tot echtscheiding
  • als er een vermoeden van afwezigheid als vermeld in artikel 112 van het Burgerlijk Wetboek is vastgesteld
  • een of meerdere andere personen die op het ogenblik van de toewijzing samenwonen met de kandidaat-huurder en die duidelijk de sociale huurwoning niet met de persoon gaat betrekken.

In de gevallen waar een afwijking op de eigendomsvoorwaarde wordt toegestaan (cfr. de inschrijvingsvoorwaarden), moet de kandidaat-huurder binnen een jaar na de toewijzing een sociale huurwoning de woning vervreemden.
Als de huurder daarvoor gegronde redenen kan aanvoeren, kan hij de verhuurder verzoeken om de termijn van een jaar te verlengen.

Wanneer de feitelijke partner van de toekomstige referentie huurder later toetreedt tot de lopende huurovereenkomst, moeten de referentie huurder samen met de feitelijke partner na één jaar aan de toelatingsvoorwaarden voldoen. Indien ze voldoen wordt de feitelijke partner van rechtswege huurder na één jaar. Indien ze niet voldoen, moet de feitelijke partner de woonst verlaten.

3. Voorrangsregels bij toewijzing

De wooneenheden van OCMW De Haan worden toegewezen volgens de chronologische volgorde van de inschrijvingen in het inschrijvingsregister, rekening houdend met de rationele bezetting van de wooneenheid.

3.1. Verplichte voorrangsregels

In onderstaande gevallen krijgt de kandidaat-huurder voorrang:

  1. De kandidaat-huurder of één van zijn gezinsleden met een fysieke handicap of beperking, uitsluitend als de beschikbare woning door de daarop gerichte investeringen specifiek is aangepast aan de huisvesting van personen met die fysieke handicap of beperking of de kandidaat-huurder die ingeschreven is voor een sociale assistentiewoning, als de beschikbare woning een sociale assistentiewoning is of de kandidaat-huurder die ingeschreven is voor een ADL-woning, als de beschikbare woning een ADL-woning is.

  2. De kandidaat-huurder die huurder is van een sociale huurwoning van de verhuurder die niet voldoet aan de minimale bezettingsnormen, vermeld in artikel 3.1 derde lid, van de Vlaamse Codex Wonen, krijgt voorrang.

  3. Een benadeelde kandidaat-huurder (rekening houdend met de rationele bezetting).

  4. De kandidaat-huurder die nog geen huurder is van een sociale woning, en die overeenkomstig de BVCW door de initiatiefnemer moet worden herhuisvest, krijgt voorrang.

  5. De kandidaat-huurder die reeds huurder is van een sociale huurwoning binnen het patrimonium van het OCMW en die o.a. door renovatiewerken, vernieuwbouw of sloop van de woning moet herhuisvest worden. Voor de huurder van een sociale woning die door dezelfde verhuurder opnieuw gehuisvest wordt, geldt de inkomensvoorwaarde niet.

  6. De kandidaat-huurder die huurder is van een sociale huurwoning die niet meer voldoet aan de rationele bezetting zonder dat dat te wijten is aan meerderjarige personen die na de aanvang van de huurovereenkomst zijn komen inwonen, alsook de kandidaat-huurder, vermeld in artikel 6.18, vierde lid, van BVCW, als gezinshereniging plaatsvindt, die wil verhuizen naar een sociale huurwoning van dezelfde verhuurder die aan de rationele bezetting voldoet.

  7. De kandidaat-huurder van wie de gezinshereniging nog niet heeft plaatsgevonden op het ogenblik dat een woning die aangepast is aan de gezinshereniging zou kunnen worden toegewezen, wordt een woning toegewezen die aan zijn huidige gezinssamenstelling en fysieke toestand is aangepast, dit indien bij de inschrijving de geplande gezinshereniging met de gegevens van de gezinsleden in het buitenland is meegedeeld. Indien deze gegevens niet werden meegedeeld dan kan deze huurder geen voorrang krijgen.

  8. De kandidaat-huurder die in de gemeente waar de toe te wijzen woning gelegen is, zijn hoofdverblijfplaats had in een onroerend of roerend goed dat niet hoofdzakelijk bestemd is voor wonen, op de datum waarop de wooninspecteur dat overeenkomstig artikel 3.35 van BVCW, op de datum waarop dat conform artikel 3.37, eerste lid, van de voormelde codex in een proces-verbaal is vastgesteld.

  9. De kandidaat-huurder die in de gemeente waar de toe te wijzen woning gelegen is, zijn hoofdverblijfplaats had in een woning op de datum waarop die:
    • onbewoonbaar werd verklaard overeenkomstig artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet, en waarvan de ontruiming noodzakelijk was. De onbewoonbaarverklaring dient uitdrukkelijk de voorrang voor sociale huisvesting te vermelden.
    • met toepassing van artikel 3.12 of 3.16 van de BVCW als die woning op het technisch verslag minstens drie gebreken van categorie II of III vertoont onder de hoofdrubrieken ‘Omhulsel’ of ‘Binnen structuur’.

  10. De kandidaat-huurder die een ontvoogde minderjarige persoon is.

Een woning, onroerend goed of kamer kan slechts eenmaal aanleiding geven tot de voorrang. Om in aanmerking te komen voor deze voorrang, moet de kandidaat-huurder de woning, het onroerend goed of de kamer sedert ten minste zes maanden bewoond hebben.  Bovendien wordt de voorrang alleen verleend als de kandidaat-huurder zich ten laatste twee maanden na de vaststelling in een proces-verbaal of de datum van onbewoonbaar- of ongeschiktheidverklaring of de datum van het onteigeningsbesluit heeft ingeschreven in het register.

3.2. Optionele voorrangsregels

Het OCMW van De Haan heeft beslist om, na toepassing van de verplichte voorrangsregels, en binnen het latere toewijzingsreglement opgemaakt door de gemeente, voorrang te geven aan de kandidaat-huurder:

  • die in de periode van zes jaar voor de toewijzing minstens drie jaar inwoner is of geweest is op het grondgebied van de gemeente De Haan
  • die ooit minimaal 15 jaar inwoner is geweest van de gemeente De Haan

De verhuurder kan enkel de voorrangregels, vermeld hierboven achtereenvolgens toepassen.

De beslissing kan worden herzien na verloop van een termijn van minstens twaalf maanden. Als de verhuurder beslist de voorrangsregels te herzien brengt hij zijn beslissing ter kennis aan alle kandidaat-huurders en de toezichthouder. 

4. Toewijzing van een sociale woongelegenheid

4.1. Toewijzing van een sociale woongelegenheid

De sociale huurwoning wordt toegewezen door het Bijzonder Comité Sociale Dienst van het OCMW De Haan, rekening houdende met het intern huurreglement.

Bij toewijzing van een wooneenheid worden enkel de personen in aanmerking genomen van wie de opgegeven voorkeuren overeenstemmen met de toe te wijzen wooneenheid.

Een wooneenheid kan versneld worden toegewezen aan een kandidaat-huurder door af te wijken van de toewijzingsregels. Deze beslissing moet gebaseerd zijn op bijzondere omstandigheden van sociale aard. De toezichthouder oefent het toezicht uit op versnelde toewijzingen. 

Het OCMW dat bevoegd is voor een dakloze kan aan OCMW De Haan een versnelde toewijzing vragen voor een sociale woning ten behoeve van een dakloze. Eens de toewijzing is gebeurd dan is OCMW De Haan verantwoordelijk voor deze dakloze.  

Een erkende dienst voor begeleid zelfstandig wonen kan een versnelde toewijzing vragen.

Een Centrum voor Algemeen Welzijnswerk (CAW) kan voor volgende personen een versnelde toewijzing vragen:

  • een jongere die zelfstandig woont of gaat wonen met begeleiding door dat centrum
  • een dakloze

Een erkend initiatief beschut wonen, een project psychiatrische zorg in de thuissituatie of een ambulant intensief behandelteam kan voor een persoon met een geestelijk gezondheidsprobleem die zelfstandig woont of gaat wonen, een versnelde toewijzing van een woning vragen.

OCMW De Haan in de hoedanigheid van verhuurder kan als voorwaarde begeleidende maatregelen door het OCMW of door andere welzijnsactoren stellen. De begeleidende maatregelen worden opgenomen in een begeleidingsovereenkomst tussen de kandidaat-huurder en de aanvrager of andere welzijns- of gezondheidsvoorziening, op initiatief van de aanvragers. Uit de begeleidingsovereenkomst moet blijken dat de kandidaat-huurder met de begeleidende maatregelen in staat is om zelfstandig te wonen en ook in staat zal zijn om te wonen zonder begeleidende maatregelen binnen een duidelijke afgebakende termijn. Deze termijn kan verlengd worden.

De verhuurder kan het verzoek alleen weigeren als:

  • de kandidaat-huurder de begeleidingsovereenkomst weigert te ondertekenen
  • niet wordt voldaan aan de voorwaarden van het zelfstandig wonen op termijn
  • hij in het jaar van de aanvraag al 5% versnelde toewijzingen gedaan heeft

De versnelde toewijzing kan alleen als er een sociale huurwoning vrijkomt die voldoet aan de voorwaarden van rationele bezetting.

4.2. Weigering van een toewijzing

De verhuurder kan de toewijzing van een woning gemotiveerd weigeren aan de kandidaat-huurder die huurder van een verhuurder is of geweest is en:

  • van wie de huurovereenkomst werd beëindigd op basis van artikel 6.33, eerste lid, 2°, van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 (bij een ernstige of blijvende tekortkoming van de huurder met betrekking tot zijn verplichtingen of bij wanbetaling)
  • die de woning van een verhuurder bewoont of heeft verlaten voor zover wordt aangetoond dat hij ernstig of blijvend zijn verplichtingen niet nagekomen is

Als de huurovereenkomst werd beëindigd wegens wanbetaling aan een verhuurder, kan de verhuurder de toewijzing van een woning weigeren als de kandidaat-huurder op het ogenblik van de toewijzing de schulden bij die verhuurder nog niet heeft afgelost.
De toewijzing kan niet worden geweigerd als de kandidaat-huurder tot een collectieve schuldenregeling is toegelaten of in budgetbegeleiding of budgetbeheer bij een OCMW of een andere door de Vlaamse Gemeenschap erkende instelling voor schuldbemiddeling is, tenzij op het ogenblik van de toewijzing minder dan 75% van de schulden bij die verhuurder zijn afgelost.

In uitzonderlijke gevallen kan de verhuurder de toewijzing van een woning weigeren aan een kandidaat-huurder voor zover wordt aangetoond dat de kandidaat-huurder in de afgelopen drie jaar klaarblijkelijk zwaarwichtige feiten heeft gepleegd waarvan aangenomen wordt dat deze een rechtstreekse en ernstige bedreiging vormen voor de leefbaarheid. Als blijkt dat de verhuurder op die basis toewijzingen weigert die onvoldoende gemotiveerd zijn, kan de toezichthouder beslissen dat elke beslissing tot weigering op die basis aan hem wordt voorgelegd.

In plaats van de toewijzing te weigeren kan de verhuurder de kandidaat-huurder de aanvaarding van begeleidende maatregelen opleggen.

De verhuurder is op straffe van nietigheid van de beslissing verplicht om de gemotiveerde weigering tot toewijzing binnen veertien dagen na de beslissing aan de kandidaat-huurder te betekenen met melding van het verhaalrecht.

Als de toewijzing van een woning wordt geweigerd, kan het aanbieden van een woning tijdens een periode van maximaal een jaar na de weigering worden opgeschort. 

5. Privacyverklaring

Deze privacyverklaring geldt voor het OCMW en ieder kandidaat-huurder.

Door de aard van onze werking moeten we veel persoonsgegevens verwerken. We willen ervoor zorgen dat uw gegevens beschermd zijn en dat we ze alleen gebruiken waar nodig. Daarom respecteren we de hoogste privacynormen opgelegd door de privacywetgeving  General Data Protection Regulation of GDPR, die sinds 25 mei 2018 geldt.

Deze privacyverklaring geldt voor alle informatie over u waarover wij beschikken. Deze informatie verzamelen wij ook bij andere overheidsinstellingen, bij u, via invulformulieren of tijdens een gesprek met onze medewerkers.

De volgende informatie wordt verzameld:

  • identificatiegegevens
  • rijksregisternummer
  • adres- en contactgegevens
  • adreshistoriek
  • gezinssamenstelling
  • taalkennis
  • financiële gegevens
  • eigendomsgegevens

Deze informatie wordt verzameld via:

  • jijzelf
  • de Federale Overheidsdienst Financiën (gegevens rond belastbare inkomsten en eigendomsgegevens)
  • het rijksregister (RRN, persoonlijke gegevens, gezinssamenstelling, historiek woonst, handelsbekwaamheid)
  • de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid (gegevens rond leefloon, pensioen en handicap)
  • het Vlaamse Agentschap voor Integratie en Inburgering (gegevens rond inburgering, taalbereidheid en taalkennis)
  • Kind en Gezin (gegevens rond handicap kinderen)

Wanneer je kandidaat-huurder wilt worden, verwerken wij jouw gegevens volgens de volgende wettelijke bepalingen:

  • Hoofdstuk III van het besluit van de Vlaamse Regering van 29 september 1994
  • Vlaamse Codex Wonen 2021, toegelicht in het besluit van de Vlaamse regering van 11 september 2020 en zijn bijlagen

We gebruiken jouw gegevens om je te informeren en te controleren, om een woning toe te wijzen en om het inschrijvingsdossier of de huurovereenkomst verder op te volgen.

We geven gegevens enkel door als het doel verenigbaar is, om de overeenkomst uit te voeren, bij een wettelijke verplichting of met jouw toestemming.

We houden jouw gegevens bij tot 10 jaar na afloop van je huurovereenkomst. We doen dit op grond van het Burgerlijk Wetboek.

De volgende instellingen kunnen toegang krijgen tot jouw gegevens:

  • het Agentschap Wonen-Vlaanderen
  • de sociale verhuurkantoren (SVK’s)
  • de OCMW’s
  • het Agentschap Inburgering en Integratie

De GDPR voorziet een aantal rechten die je kan inroepen, binnen bepaalde voorwaarden:

  • recht van inzage
  • recht op verbetering en/of aanpassing van gegevens
  • recht om je gegevens te laten wissen – volgens volgende criteria:
    • we verwerken je gegevens niet meer voor het oorspronkelijk doel of hebben deze niet langer meer nodig
    • je trekt je toestemming voor verwerking in
    • je hebt je recht op bezwaar ingeroepen
    • je gegevens zijn onrechtmatig verwerkt
    • er is een wettelijke verplichting om de gegevens te verwijderen
    • je gegevens zijn verzameld voor het aanbieden van diensten van de informatiemaatschappij

      Mogelijks kunnen we je gegevens om een specifieke reden niet verwijderen, we zullen je hierover informeren.
      De redenen hiervoor kunnen zijn:
      • een wettelijke verplichting of voor het algemeen belang
      • voor archivering, onderzoek of statistieken volgens artikel 89 van de GDPR
      • voor juridische claims
      • de volksgezondheid
      • het recht op vrijheid van meningsuiting en informatie primeert

  • recht op beperking van verwerking
  • recht op kennisgeving
  • recht op data-portabiliteit
  • recht op bezwaar

 Je kan deze rechten inroepen via de dienst Huisvesting:

Je kan op elk ogenblik je toestemming voor het verwerken van je gegevens intrekken.  
Als er een wettelijke of contractuele reden is blijven we wel je gegevens verwerken. Je kan ook je toestemming niet intrekken om contractuele verplichtingen te omzeilen. Als je je toestemming intrekt, werkt dit enkel voor de toekomst, eerdere verwerkingen worden als legaal beschouwd.

Je kan je toestemming intrekken door de dienst Huisvesting te contacteren:

We proberen je vragen optimaal te behandelen. Als je niet tevreden bent kan je een klacht indienen bij de Vlaamse Toezichtcommissie via:

Deze privacyverklaring vervangt alle voorgaande versies en geldt vanaf 1 januari 2020. We hebben het recht om deze verklaring op elk moment te wijzigen en/of bij te werken. 
We informeren je over elke wijziging die een impact heeft op je situatie (niet over kleine wijzigingen).

6. Rationele bezettingsgraad

6.1. Definitie rationele bezetting

De rationele bezettingsgraad is de passende bezetting van een woning waarbij rekening gehouden wordt met het aantal personen en de fysieke toestand van deze personen.

6.2. Vastleggen van de rationele bezettingsgraad

De rationele bezetting van het gehele patrimonium van OCMW De Haan gebeurt op grond van de gezinssamenstelling en per type woongelegenheid.

De rationele bezettingsgraad is per woongelegenheid door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van OCMW De Haan officieel vastgelegd onder de vorm van de hierbij bijgevoegde lijst (zie bijlage 2) welke integraal deel uitmaakt van het intern huurreglement.

Bij het beoordelen van de rationele bezetting wordt rekening gehouden met:

  • de kinderen die geplaatst zijn
  • de kinderen waarvoor de kandidaat-huurder een co-ouderschap heeft
  • de kinderen die een omgangsrecht hebben en die daardoor niet permanent in de woning zullen verblijven

Met de kinderen die meerderjarig worden, blijft men rekening houden zolang zij de leeftijd van vijfentwintig jaar niet hebben bereikt en zolang hun deeltijdse verblijf in de woning blijft voortduren. De kandidaat-huurder kan schriftelijk verzaken aan de toepassing van dit recht. Hij kan de verzaking aan dit recht op elk ogenblik herroepen.

6.3. Gezinshereniging

Als de gezinshereniging nog niet heeft plaatsgevonden op het ogenblik dat een woning die aangepast is aan die gezinshereniging, zou kunnen worden toegewezen, wordt aan de kandidaat-huurder een woning die aan zijn huidige gezinssamenstelling en fysieke toestand aangepast is, toegewezen met inachtneming van de voorrangsregels.

6.4. Onderbezetting van een woning

Een onderbezette woning is een woning die door minder dan het minimale aantal bewoners wordt bewoond.
Een woning is onderbezet als het verschil tussen het aantal slaapkamers en het aantal huurders, de minderjarige gezinsleden en de gemelde personen groter is dan één.

Indien een woning onderbezet is zal de verhuurder (OCMW De Haan) de huurder hiervan schriftelijk op de hoogte stellen.

Bij het vrijkomen van een woning die niet onderbezet is voor de huurder zal er een schriftelijk/mondeling aanbod van rechtswege (moet niet ingeschreven zijn voor andere woning) gedaan worden aan de huurder (dit kan een afwijking betekenen van de rationele bezetting zoals ingevuld door de verhuurder).

Er zijn 2 bijkomende voorwaarden voor een gepast aanbod:

  1. de nieuwe aangeboden woning moet in een straal van 5 km liggen rond de huidige woning
  2. de huurprijs, incl. de huurlasten moeten gelijk of lager liggen dan de huurprijs in de onderbezette woning

Als de huurder tweemaal een aanbod weigert en hij bewoont tegen het einde van de huurovereenkomst van bepaalde duur (9 jaar) nog steeds een onderbezette woning, zal zijn huurovereenkomst niet worden verlengd. De verhuurder betekent een opzegging met een opzeggingstermijn van 6 maanden waarvan de laatste dag samenvalt met de vervaldag van de huurovereenkomst.
Bij een huurder die tweemaal een aanbod weigert met een huurovereenkomst van onbepaalde duur, zal de maand volgende op de tweede weigering een vergoeding aangerekend worden van 32 euro (bedragen 2020 met indexering) per overtollige slaapkamer bovenop de reële huurprijs. Deze vergoeding stopt wanneer de huurder niet langer onderbezet woont.

Er moet minsten drie maanden liggen tussen 2 woonaanbiedingen.

Indien de verhuurder geen gepast aanbod heeft, kan hij een ander aanbod doen dat afwijkt van de voornoemde voorwaarden. In dat geval kan de huurder het aanbod weigeren zonder dat dat gevolgen heeft voor de duurtijd van zijn huurovereenkomst of zonder aanrekening van een vergoeding.

7. Huurovereenkomsten, huurlasten en waarborgen

7.1. Type huurovereenkomsten

De huurovereenkomsten worden opgesteld volgens de typehuurovereenkomsten zoals bepaald in het besluit van de Vlaamse regering van 11 september 2020 tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen 2021, boek 6.

Elke huurovereenkomst dient te worden ondertekend door alle huurders.

De basishuurprijs zoals gemeld in de typehuurovereenkomst kan jaarlijks op 1 januari aangepast worden door OCMW De Haan.

De huurovereenkomsten die gesloten worden met nieuwe huurders vanaf 1 maart 2017 zullen voortaan de duur van negen jaar krijgen, desgevallend verlengbaar met opeenvolgende periodes van drie jaar.

Huurders die een overeenkomst hebben ondertekend hebben vóór 1 maart 2017 behouden hun huurovereenkomst van onbepaalde duur.

Voor de afloop van de betreffende negenjarige periode moet de verhuurder nagaan of de huurder nog voldoet aan enerzijds de inkomstenvoorwaarden en anderzijds de voorwaarde inzake bezettingsgraad.
Als de huurder aan beide voorwaarden voldoet, wordt de huurovereenkomst met een termijn van 3 jaar verlengd.

Ook voor de termijn van de volgende 3 jaren worden de voorwaarden opnieuw getoetst.
De verhuurder zal de voorwaarden steeds minimaal 6 maanden voor het aflopen van de termijn moeten aftoetsen om rechtsgeldig een opzegging te kunnen geven.

7.2. Toetreding tot een lopende huurovereenkomst

Een persoon kan alleen toetreden tot een lopende huurovereenkomst als hij aantoont dat hij voldoet aan de voorwaarden, met uitzondering van de voorwaarde met betrekking tot het inkomen, en als de toetreding niet leidt tot een sociale huurwoning die een onaangepaste woning is. Ook de persoon die wettelijk gaat samenwonen of getrouwd is met een zittende huurder dient hieraan te voldoen.

Het feit dat men duurzaam bijwoont, is op zich voldoende om als (mede)huurder beschouwd te worden (geen ondertekening van contract nodig).

Voortaan is men als huurder ook verplicht een tijdelijke bijwoning te melden aan de verhuurder. Het gaat hier om personen die tijdelijk hun hoofdverblijfplaats of domicilie vestigen in de woning en die dus niet de intentie hebben om duurzaam in de sociale woning te verblijven. Die personen treden niet toe tot de huurovereenkomst en worden dus geen huurder.  De tijdelijke bijwoning kan alleen worden toegestaan als daarmee de minimale bezettingsnormen niet worden overschreden.

De tijdelijke bijwoning wordt bepaald op maximaal drie maanden.

7.3. Huurdersverplichtingen

  1. de woning effectief bewonen
  2. de huurprijs betalen
  3. zorg dragen voor de woning en de leefbaarheid
  4. ten laatste 2 jaar na de toetreding voldoen aan de taalkennisvereiste niveau A2
  5. de begeleidingsovereenkomst respecteren
  6. instemmen met een verhuis bij renovatie- of aanpassingswerkzaamheden
  7. elke wijziging in de gezinssituatie verplicht melden
  8. elke vorm van bijwoning verplicht melden
  9. elke verwerving van eigendom verplicht melden
  10. als werkzoekende ingeschreven zijn bij de VDAB, tenzij de huurder(s) voldoet/voldoen aan de uitzonderingen vermeld in de inschrijvingsvoorwaarden

7.4. Ontbinding van het huurcontract

Opzegging door de huurder

Elke huurder kan de huurovereenkomst op ieder moment opzeggen met een aangetekende brief.
Er geldt een opzeggingstermijn van drie maanden, tenzij hij opgenomen wordt in een woonzorgcentrum of in een voorziening met residentiële opvang voor personen met een handicap. Dan geldt er een opzeggingstermijn van één maand.

De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de huurder met een aangetekende brief de huurovereenkomst heeft opgezegd.

Opzegging door de verhuurder

De verhuurder – OCMW De Haan –  zegt de huurovereenkomst op in de volgende gevallen:

  1. de referentiehuurder en/of zijn partner hebben een woning of bouwgrond in binnen- of buitenland volledig of gedeeltelijk (opzegperiode: 6 maanden):
    • in volle eigendom
    • in vruchtgebruik
    • in erfpacht of opstal
    • zelf in vruchtgebruik gegeven
    • zelf of door een derde in erfpacht op opstal gegeven

  2. de referentiehuurder en/of zijn wettelijke of feitelijke partner is een zaakvoerder, bestuurder of aandeelhouder van een vennootschap waarin hij of zijn wettelijke of feitelijke partner een woning of een perceel dat bestemd is voor woningbouw heeft ingebracht (opzegperiode: 6 maanden)

  3. als de huurder na zijn 9-jarig contract (en verlenging van 3 jaar) niet meer voldoet aan de inkomensvoorwaarden enerzijds en de voorwaarden inzake bezettingsgraad anderzijds (opzegperiode: 6 maanden)

  4. als de huurder ernstig of blijvend tekortkomt aan de verplichting met betrekking tot de huurovereenkomst (opzegperiode: 3 maanden)

  5. als de huurder op basis van onjuiste of onvolledige verklaringen onrechtmatig bij dit besluit verleende voordelen heeft genoten of onrechtmatig tot een huurwoning is toegelaten (opzegperiode: 3 maanden)

7.5. Huurlasten en kosten ten laste van de verhuurder/huurder

Voor de appartementen in de Kardinaal Mercierlaan 30/A en de Alfons Blommelaan 1 en 2 worden via de huurlasten een maandelijks voorschot gevraagd voor:

  • het schoonmaken van de gemene delen
  • het onderhouden van en de controle op liften
  • de verbruikskosten voor verwarming, water en elektriciteit van de gemene delen en de lift
  • het onderhouden van de chauffageketel
  • de kostprijs van de premie van de afstand van verhaal van de brandverzekering
  • onderhoud van de brandkoepel en brandbeveiliging
  • onderhoud garagepoort

Voor de woningen in de Kloosterstraat, Dorpsplaats en de Dorpsstraat worden via de huurlasten een maandelijks voorschot gevraagd voor:

  • het onderhouden van de chauffageketel
  • de kostprijs van de premie van de afstand van verhaal van de brandverzekering

7.6. Waarborg

De waarborg kan naar keuze van de huurder drie vormen aannemen:

  • geblokkeerde geïndividualiseerde rekening op naam van de huurder bij een financiële instelling: de waarborg bedraagt maximaal tweemaal de normale huurwaarde, met een beperking van 1.001,00 euro (bedragen 2020)
  • een bankwaarborg bij de financiële instelling waar de huurder zijn rekening heeft: de waarborg bedraagt drie maanden huur. De huurder verbindt er zich toe om in maximaal 3 jaar deze waarborg progressief samen te stellen door maandelijkse afbetalingen.
  • een bankwaarborg ten gevolge van een standaardcontract tussen een OCMW en een financiële instelling: waarborg is maximaal drie maanden huur

De waarborg zal bij het einde van de huurovereenkomst aan de huurder, vermeld in artikel 1 van de huurovereenkomst of bij zijn overlijden aan zijn erfgenamen worden terugbetaald, na verrekening van de openstaande schulden en aftrekking van de vergoeding voor eventuele schade en na verrekening van vaste kosten en lasten.

De erfgenamen rechtvaardigen hun aanspraken door officiële documenten die ze afleveren aan de verhuurder.