Het pittoreske tramstation langs de Nieuwe Rijksweg herinnert aan de pioniersjaren van het kusttoerisme en de ontwikkeling van de kusttram. Het station werd gebouwd in 1902 en groeide al snel uit tot een herkenningspunt en uithangbord van de badplaats. In de jaren 1970 werd het herbestemd tot toeristisch infopunt.
Maar het erfgoedicoon begon te verslijten, zo stelde Monumentenwacht vast bij een inspectie. Vooral de dakkapellen, het houtwerk en de afwatering vertoonden ernstige slijtage en waren aangetast door zwammen. Ook het bijhorende tickethuisje was aan herstelling toe. De binnenkant van het tramhuisje werd in 2023 al gerenoveerd. Toen kreeg het toeristisch infokantoor – samen met dat in Wenduine – een hedendaagse inrichting, met focus op beleving, duurzaamheid en digitalisering.
Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Ben Weyts en burgemeester Wilfried Vandaele hebben het Tramhuisje in De Haan nu ingehuldigd na maandenlange restauratiewerken aan het exterieur.
Zowel het houten als het stalen schrijnwerk van de ramen werd vervangen. Het buitenschrijnwerk is gerestaureerd en het dak is vernieuwd. De werken gingen in februari van start en zijn bijna afgerond. Alleen de dakwerken langs de sporen en de restauratie van de twee driehoekige dakkapellen aan die kant moeten nog uitgevoerd worden. Die worden pas in september afgewerkt, wanneer de werken aan de tramsporen in Bredene afgelopen zijn, omdat het te gevaarlijk is om deze werken uit te voeren terwijl de trams rijden.
“We zijn ‘Fier op dat van Hier’. En dus zeker ook op dit iconische herkenningspunt in De Haan”, zegt minister Ben Weyts. “Tijdens een inspectie door Monumentenwacht bleek dat het voormalige tramhuisje er slecht aan toe was. Dan moeten we niet twijfelen, maar ingrijpen.”
De restauratie kostte zo’n € 203.000. Vlaanderen nam 50% (€ 101.500) van de kosten voor haar rekening. En ook de Provincie West-Vlaanderen droeg € 7.091 bij. De overige uitgaven werden gedragen door de gemeente De Haan.