Waarborgen openbaar domein

1. Algemeen

Art. 1 – doelstellingen

Dit reglement beschrijft de waarborgen die in kader van een omgevingsvergunning kunnen worden
opgelegd.

Het omvat volgende doelstellingen:

• Een kader bieden voor het behandelen van beschadiging van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouwwerken in kader van een verleende omgevingsvergunning.
• Zorgen voor meer administratieve efficiëntie en transparantie bij het afleveren en de nazorg van de omgevingsvergunning.

Art. 2 – toepassingsgebied

Dit reglement is van toepassing op omgevingsvergunningen die goedgekeurd worden na de datum van inwerkingtreding van dit reglement.

Art. 3 – definities

In dit reglement wordt verstaan onder:

1. Waarborg: geldsom te betalen voor aanvang van bepaalde werken.
2. Openbaar domein: onder meer de openbare weg, fiets- of voetpaden en aanhorigheden (boordsteen, goten, riooldeksels, …), bermen, groenstroken en beplantingen, riolering, nutsvoorzieningen, baangrachten, openbare verlichting, straatmeubilair, signalisatie...
3. Bouwheer: private of rechtspersoon die de omgevingsvergunning aanvraagt.
4. Vergunningsplichtige werken: werken waarvoor in het kader van het Vlaamse omgevingsrecht een vergunning is opgelegd.
5. Plaatsbeschrijving voor de werken: een document waarin de staat van het openbaar domein wordt weergegeven aan de hand van duidelijke en gedetailleerde kleurenfoto’s, al dan niet vergezeld van een verduidelijkende beschrijving. Datum van opmaak van dit document moet uitdrukkelijk vermeld worden en de plaatsbeschrijving moet overgemaakt worden voor de start van de werken.
6. Plaatsbeschrijving van uitgevoerde werken: een document waarin de staat van het openbaar domein wordt weergegeven aan de hand van duidelijke en gedetailleerde kleurenfoto’s, al dan niet vergezeld van een verduidelijkende beschrijving. Datum van opmaak van dit document moet uitdrukkelijk vermeld worden en de plaatsbeschrijving moet overgemaakt worden na het einde van de werken.
7. Bankwaarborg: een éénzijdige bankwaarborg ten voordele van het gemeentebestuur welke steeds door het gemeentebestuur – gedeeltelijk of volledig – opvraagbaar is zonder toestemming van de waarborgsteller.

2. Tarieven

Art. 4 – openbaar domein

§1. Voor vergunningsplichtige werken met medewerking van architect of vergunningsplichtige werken zonder medewerking van een architect, worden bij het afleveren van de omgevingsvergunning volgende waarborgen als financiële last opgelegd voor de instandhouding van het openbaar domein en de naleving van de vergunningsvoorwaarden als uit de werkzaamheden blijkt dat de werkzaamheden een mogelijke impact hebben op het openbaar domein (bijvoorbeeld: (her) aanleg van een oprit, werkzaamheden palend aan het openbaar domein, …):

1. voor ééngezinswoningen: € 100,00 per strekkende meter perceelbreedte met een maximum van € 4.000,00;
2. voor meergezinswoningen: € 100,00 per strekkende meter perceelbreedte x aantal appartementen, met een maximum van € 30.000,00;
3. voor hotels, vakantiecentra, woonzorgcentra, e.d.: € 100,00 per kamer;
4. voor loodsen, garages, stallingen, bedrijvigheid en gebouwen voor handel en diensten (al dan niet in combinatie met wonen of woonfunctie), e.d.: € 100,00 per schijf van 50 m² bebouwde oppervlakte, met een minimum van € 500,00 (elke begonnen schijf wordt als een volledige schijf beschouwd).

§2. Deze waarborgen worden overgeschreven op de zichtrekening van het gemeentebestuur.

Art. 5

§1. Voor projecten met een zekere omvang waarbij het maximumbedrag van de waarborg ruimschoots overschreden wordt en minimaal € 50.000,00 bedraagt, kan het college van burgemeester en schepenen ten allen tijde een waarborg op maat van het te vergunnen project opleggen.

§2. De waarborgen moeten voldaan worden voor het starten van de werken en in ieder geval ten laatste 3 maanden na het definitief worden van de vergunning.

§3. Indien het bedrag van de te stellen waarborg hoger is dan € 15.000,00 kan een éénzijdige bankwaarborg worden gesteld.

3. Schade aan het openbaar domein

Art. 6 - plaatsbeschrijving

Elke bouwheer is ertoe gehouden het openbaar domein, voor en in de buurt van zijn bouwperceel, in dezelfde staat achter te laten na het voltooien van de werken als voor het begin van de werken. Voor aanvang van de werken bezorgt de bouwheer een plaatsbeschrijving via het daartoe voorziene digitaal formulier, om de staat van het openbaar domein ontegensprekelijk te kunnen vaststellen.

Art. 7 – controle van de staat van het openbaar domein

§1. Voor zover het einde der werken werd gemeld via het omgevingsloket, zal de gemeente binnen een termijn van één maand na de aanvraag tot vrijgave van de waarborg een controle uitvoeren van de locatie van de uitgevoerde werken.

§2. Deze controle gebeurt op basis van de al dan niet op voorhand aangeleverde plaatsbeschrijving. Bij afwezigheid van dergelijke plaatsbeschrijving, wordt het openbaar domein bij aanvang van de werken geacht in perfecte staat geweest te zijn en kan de gemeente bijgevolg de vastgestelde schade aan het openbaar domein oorzakelijk relateren aan de uitgevoerde werken.

§3. Zolang er door de bouwheer in het omgevingsloket geen einde der werken werd gemeld, kan de gemeente schade aan het openbaar domein vaststellen na het afleveren van de laatste omgevingsvergunning, zonder dat hier een termijn op staat.

Art. 8 – vaststelling van schade, incorrecte (her)aanleg en herstelling

§1. Indien er schade aan het openbaar domein wordt vastgesteld, zal de bouwheer hiervan schriftelijk (per gewone zending of via mail) op de hoogte worden gebracht, zodat deze nog kan overgaan tot de nodige aanpassingen of herstellingen. De uiterste hersteldatum wordt in onderling overleg bepaald. Dit geldt ook voor vaststelling van schade zoals beschreven in Art. 7 §3.

§2. Bij blijvende schade kan de gemeente overgaan tot het laten uitvoeren van de nodige herstellingen in eigen beheer of door tussenkomst van derden. De uitgaven voor herstellingen worden integraal afgetrokken van de gestorte borg. Het eventueel overblijvende gedeelte van de borg wordt teruggegeven aan de borgsteller. Mocht daarentegen de borg ontoereikend blijken ter volledige dekking van de genoemde verrekening, dan moet de borgsteller het tekort bijbetalen.

§3. Het niet conform de vergunning of toelating aanleggen van verhardingen en/of het inrichten van bermen (op openbaar domein) tegen de regelgeving in, heeft voor gevolg dat de waarborg niet wordt terugbetaald alvorens de afwijking hersteld is. Als het herstel niet is uitgevoerd binnen de zes maanden nadat de bouwheer hiervan schriftelijk (per gewone zending of mail) op de hoogte werd gebracht, wordt de waarborg definitief ingehouden. De gemeente kan na deze zes maanden alsnog zelf overgaan tot het correct laten uitvoeren van de inrichting van het openbaar domein, hetzij in eigen beheer of door tussenkomst van derden. Mocht de borg ontoereikend blijken ter volledige dekking van de werken, dan moet de borgsteller het tekort bijbetalen.

Art. 9 – invordering van de waarborg 

Bij gebrek aan betaling in der minne zal de invordering geschieden, overeenkomstig de bepalingen van artikel 177 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017. De waarborg wordt dan door de gemeente ingehouden en afgetrokken van de totale factuur.

4. Terugvorderen en vrijgave van de waarborg

Art. 10 – vrijgave van de waarborg

§1. De waarborg kan teruggevraagd worden na de volledige uitvoering van de vergunde werken én na melding van het einde der werken via het omgevingsloket. Dit gebeurt via het daartoe voorziene digitaal formulier via de gemeentelijke website. De aanvraag moet vergezeld worden van een plaatsbeschrijving van de uitgevoerde werken.

§2. De vrijgave gebeurt op basis van de vaststelling door de gemeentelijke diensten van de correcte en kwalitatieve uitvoering. Het college van burgemeester en schepenen neemt een beslissing over de vrijgave van de waarborg binnen de 60 dagen na deze vaststelling. 

Art. 11 - verjaring van de waarborg

§1. De waarborg die zes jaar na ontvangst van de definitief uitvoerbare omgevingsvergunning nog niet werd opgevraagd, wordt beschouwd als definitief verworven door de gemeente. 

§2. De openstaande waarborgen van stedenbouwkundige vergunningen en omgevingsvergunningen goedgekeurd voor 1 januari 2018 worden als verworven beschouwd door de gemeente vanaf zes maanden na de inwerkingtreding van onderhavig reglement.

§3. Het verjaren van een openstaande waarborg zoals beschreven in paragraaf één en twee, doet geen afbreuk aan het naleven van de opgelegde vergunningsvoorwaarden.

Art. 12 - niet-naleving en verval van de vergunning 

§1. De waarborg is in de volgende gevallen opeisbaar of van rechtswege door de gemeente verworven ten belope van de waarde van de lasten die nog niet uitgevoerd zijn:

1. bij niet-naleving van de uitvoeringstermijnen voor de lasten, vermeld in de definitief uitvoerbare vergunning, waartegen geen beroep meer mogelijk is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen;
2. als de vergunning waarvoor lasten werden opgelegd, vervalt na gedeeltelijk te zijn uitgevoerd.

§2. De waarborg kan zonder uitvoering van de lasten alleen worden vrijgemaakt als de vergunning waarvoor de lasten werden opgelegd, vervallen is en het project niet of zelfs niet gedeeltelijk werd uitgevoerd. 

Art. 2. Het reglement rond waarborgen openbaar domein bij omgevingsvergunningen treedt in werking vanaf de inwerkingtreding van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake financiële lasten.

Art. 3. Dit besluit wordt bekendgemaakt op de web toepassing van de gemeente, met vermelding van zowel de datum waarop het werd aangenomen als de datum waarop het op de web toepassing bekendgemaakt werd, alsook aangetekend in het gemeentelijk register der bekendmakingen.
De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking van het besluit op de web toepassing van de gemeente.

Het reglement werd goedgekeurd op de openbare zitting van de gemeenteraad van donderdag 18 december 2025.